Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Dies Hij zeide, dat Hij hen verdelgen zou, ten ware Mozes, Zijn uitverkorene, [36]in de scheure voor Zijn aangezicht gestaan had, om Zijn grimmigheid af te keren, dat Hij hen niet verdierf. 36. Of, inde reet, breuk, bres, welke hunne zonde Gode geopend had, hun vijand geworden zijnde vanwege hunne zonden, om tot hun verderf tot hen in te komen. Het is een manier van spreken genomen van de krijgslieden, die door reten, scheuren of bressen der muren in de stad komen, Ezech.22:30; maar het ijverig en ernstig gebed van Mozes heeft de bres gestopt; Ex.32:11,12,13,14.